Skip to main content
Interview
25 maart 2024

"Mijn LinkedIn-profiel hoeft niet tot in lengte van dagen online te staan.”

Jeroen Schalk (34) houdt van opgeruimd. Ook online. Zelfs als hij er zelf niet meer is. Zijn digitale nalatenschap heeft hij daarom al zo goed mogelijk geregeld. Juist nu de dood nog ver weg lijkt. Jeroen: “Het liefst wil ik dat mijn naasten al mijn accounts verwijderen.”

Foto van Jeroen Schalk

“Ik ben ervan overtuigd dat internet open, toegankelijk en bruikbaar moet zijn voor iedereen. Daar hoort bij dat het overzichtelijk is. Inactieve accounts zorgen alleen maar voor overbodige data en content die niet langer relevant is. Ik snap heel goed dat nabestaanden foto’s en video’s willen bewaren. En dat mogen ze ook zelf beslissen. Maar mijn LinkedIn-profiel bijvoorbeeld hoeft niet tot in lengte van dagen online te staan.”

“Natuurlijk is het verwijderen van accounts van een overleden persoon makkelijker gezegd dan gedaan. Daarom heb ik vanuit praktisch oogpunt alles zo goed mogelijk geregeld. Ik heb het hoofdwachtwoord van mijn digitale wachtwoordkluis op een briefje geschreven en in een fysieke kluis gelegd. Zo heeft mijn vriendin toegang tot alle wachtwoorden op het moment dat het nodig is. Dat geeft mij een gerust gevoel.”

Bespreekbaar maken

“Ik vind het belangrijk dat we digitale nalatenschap bespreekbaar maken. Vorig jaar is mijn moeder plotseling overleden. Ik had er met haar weleens over gesproken, maar we hebben toen niets concreet op een rij gezet. En ineens was het te laat. Gelukkig schreef ze veel op briefjes en heb ik zo een aantal wachtwoorden kunnen achterhalen. Maar het wachtwoord van bijvoorbeeld haar DigiD heb ik niet teruggevonden. Dat maakt sommige zaken een stuk lastiger te regelen.”

Ik denk dat het goed is om over je eigen online leven na te denken voor het een nalatenschap wordt.

“Met mijn vader staat het bespreken van digitale nalatenschap ook al een tijdje op mijn planning. Toch heb ik het tot nu toe steeds voor me uitgeschoven. Het is misschien niet het makkelijkste gesprek om te voeren – weinig mensen vinden het leuk om over de dood te praten – maar ik wil het ook niet te beladen maken. Vroeg of laat krijgen we er toch mee te maken. Dan is het juist fijn als je besproken hebt wat er moet gebeuren.”

Weloverwogen keuze

“Ik denk dat het goed is om over je eigen online leven na te denken voor het een nalatenschap wordt. Wat deel je allemaal? Welke accounts gebruik je nog, en welke niet meer? Denk ook na wat je over anderen online plaatst. Misschien willen zij liever niet dat hun foto’s rond blijven slingeren op het internet nadat jij bent overleden. Als er dan niemand in je account kan, wordt verwijderen een lastig verhaal.”

“Daarmee wil ik trouwens niet zeggen dat je niets zou moeten delen. Dat kan zeker. Ik ben zelf heel actief op LinkedIn. Maar het is wel goed om je er bewust van te zijn wat je allemaal online zet en welke gegevens je achterlaat. Alleen dan kun je een weloverwogen keuze maken over wat er na je dood met je gegevens moet gebeuren.”

Geen geheimen

“Ook privacy is een onderwerp om over na te denken. Zelf heb ik geen geheimen voor mijn nabestaanden. Toch heb ik bij mijn moeder besloten om bijvoorbeeld de verslagen van gesprekken tussen haar en zorgverleners niet tot in detail te lezen. Een mens heeft recht op privacy en het is fijn als nabestaanden dat respecteren. Ook daarin is het goed om je wensen te bespreken.”

“Veel mensen staan denk ik te weinig stil bij hun digitale nalatenschap. Maar als je niets op papier zet, is het voor je nabestaanden een klus waar ze weken tot misschien zelfs maanden werk aan hebben. Ik vind het geen fijne gedachte dat ik iemand anders daarmee opzadel. Rouw is voor iedereen anders. En wat gemis met je doet, kun je niet voorspellen. Maar digitale nalatenschap is iets waar je heel concreet over kunt nadenken, zodat het de rouw niet in de weg hoeft te staan.”

Wil jij na het lezen van dit interview zelf aan de slag om je digitale nalatenschap te regelen? Wij loodsen jou er in 8 stappen doorheen met onze nieuwsbrief. Schrijf je in via het blauw blok op de homepage

Foto: Renée van der Heide